Beschrijving
...
Een lange stilte.
Voor wat afleiding kom ik terug bij de schilderkunst.
De daad van het schilderen, antwoordt hij mij, is tegelijkertijd onvermijdelijk en perfect onverklaarbaar,
De wereld jaagt mij angst aan. Ik ben steeds op de vlucht. Het is enkel dankzij het doek dat ik niet vlucht,
Er mag geen enkel model zijn,
Aanvankelijk schilderde ik enkel belachelijke doeken. Ik was ervan overtuigd dat schilderen betekende de doeken in de musea imiteren,
Een dergelijk streven naar het leven, dat het volledige zijn zich betrokken voelt.
Vervolgens praatte hij over dat wat zich voordeed in zijn intimiteit, hem als dermate vreemd overkwam, dat hij geen toevlucht kan nemen tot woorden. Want op het moment dat hij het verlangen had ze te formuleren, voelde hij een dergelijk gevoel van verraad en verwarring dat hij verkoos om te zwijgen.
Woorden vernielen,
Er is enkel de leegte en de wereld van stilte, die immens zijn.
En na meerdere minuten:
Wanneer men het sublieme bereikt, is er verrukking.
We keren terug. Wanneer we de Pont-Neuf oversteken neemt hij mijn arm vast, en met zijn andere hand wijst hij mij de Seine aan, toont de bruggen, de schoonheid van de plek, nodigt mij stil uit te genieten van het somptueuze licht dat op dat moment al sterft boven de stad.
Charles Juilet, Rencontres avec Bram van Velde
P.O.L. Editeur, Paris (1978/1998)